kop

Ocans Spotlight: Angelo Maduro

 

Nederland telt meer dan 150.000 inwoners met wortels in Curaçao, Aruba, Bonaire, St. Maarten, St. Eustatius en Saba. Duizenden hiervan zijn op hun eigen manier succesvol. Stichting Ocan plaatst dit jaar elk week één van hen in de Spotlight. Deze week Angelo Maduro (50), een kapper, timmerman en schrijver uit Curaçao.

"Ik kan mezelf niet beperken tot maar één ding. Ik schrijf, ik teken, ik maak theater. Ik ben predikant en ik speel saxofoon, trompet en een beetje piano. Eigenlijk ben ik timmerman, maar ik heb me gespecialiseerd als kapper. Ik heb daar diploma's voor, maar dat betekent niets. Een diploma kan niets uit zichzelf. Als 7-jarige jongen hielp ik al in kapsalon Barbaria Mel 1, die nog steeds in Otrobanda zit. Ze noemden me de zoon van Mel. In 1991 ben ik naar Nederland verhuisd, omdat mijn vrouw hier woonde. Ik werkte eerst als magazijnmedewerker bij Albert Heijn. Het tillen van zware dozen zag ik als training, want ik doe ook een aantal vechtsporten. Ze noemden me superman omdat ik zo snel was. Daarna heb ik mijn eigen kapsalon geopend in Almere, zodat ik nu weer als kapper werk. En kort geleden ben ik begonnen met een schoonmaakbedrijf.

Inspiratie

"Toen ik jong was, was er in mijn omgeving veel ruzie en werd er veel gedronken. Als kind besloot ik, dat ik dat leven niet wilde. Daarom heb ik nooit gedronken of gerookt. Toen ik een film over Jezus zag, wilde ik ook zo zijn. Een vredige man. Op Curaçao was ik aangesloten bij een kerkgenootschap, bij New Song, en in Nederland ben ik ook lid van een kerkgemeente. Maar voor ik bij de kerk was betrokken, volgde ik altijd mijn eigen gevoel. Steun van anderen is altijd welkom, maar je moet zelf de stappen zetten en keuzes maken. Niemand doet dat voor jou. Je weet bovendien niet hoe lang mensen je zullen steunen.''

 

Obstakels

''Ik geloof niet in armoede. Ik heb met weinig geld en veel geld geleefd. Op Curaçao hadden we eerst niet veel, maar toen ik bij Mel ging werken, had ik altijd geld. In Nederland ben ik beroofd, mijn instrumenten zijn allemaal gestolen en ik ben met een baseballknuppel op mijn hoofd geslagen. Ik vocht in mijn eentje tegen vijf man die een zakenman wilden beroven. Toch praat ik daarna met die mensen, al vinden sommige mensen dat naïef. Weet je, iedereen heeft een verleden. Misschien ben je mishandeld of beroofd, misschien iets anders. Mensen denken bij een gevangenis aan een cel, maar het verleden dat iedereen heeft is de echte gevangenis. Sommigen zitten daar een week in, anderen zelfs jaren, maar zolang je in die gevangenis zit, kom je niet verder in je leven. Het is een soort moordenaar die aan je vreet. Je moet er afstand van nemen of zelfs de confrontatie mee aan gaan. Die gevangenis beschrijf ik in mijn boek 'Ik wil niet terug'. Het is mijn verhaal, maar van binnenuit, dus hoe ik het beleefd heb.''

 

Hulp

"Ik heb heel lang met jongeren gewerkt in de kerk. Veel jongeren voelen zich minder minderwaardig of ze willen dood. Dat begint bij de opvoeding. Ze krijgen nooit een complimentje en horen altijd dat ze niets waard zijn. Of ze worden gepest op school. Dat is niet alleen zo in de Caribische cultuur, het is ook zo in Nederland. En veel mensen voelen zich eenzaam. Daarom wil ik met een T-shirt lijn beginnen met positieve teksten: 'Ondank alles kan het leven mooi zijn'. Ik wil mensen op andere gedachten brengen. Ik schrijf nu aan een theaterstuk dat 'Pa, ik mis je' over een vader die zijn kind mist. Veel mensen denken dat vaders hun kind verlaten, maar deze vader houdt van zijn kind. Ik heb ook vrijwilligerswerk gedaan voor ex-gedetineerden. Het gaat over een vader die zijn kind mist.

 

Tip

"Mijn uiteindelijke doel is het helpen van jongeren. Ik wil jongeren leren dat je veel met je handen kunt doen. Je kunt ze gebruiken om te stelen, maar je kunt ze ook gebruiken om vijf of tien euro te verdienen met het knippen van vrienden of familie. Daar heb je geen dure tondeuse of dure schaar voor nodig. Er is genoeg werk. Er zijn ontzettend veel tuinen. Ga die schoonmaken als werk. Jongeren die naar Nederland komen, moeten een duidelijk doel voor zichzelf hebben. Een doel waar ze beter van worden en dat niet gevaarlijk is. Zonder doel voor jezelf, kun je ook niets voor anderen doen.''

Auteur: Otti Thomas