kop

Afgestudeerden willen graag terug naar hun eiland

KRALENDIJK– Afgestudeerde jongeren van voormalige eilanden van de Nederlandse Antillen, willen graag terug naar hun eiland. Dat blijkt uit een recent onderzoek, uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Om die terugkeer aantrekkelijk te maken, is een aantal Bonairiaanse bedrijven bezig met het opzetten van een traineeprogramma.

 

Volgens het onderzoek, uitgevoerd door PBLQ, zou 69 procent van de meer dan 400 ondervraagden wel terug willen naar zijn of haar geboorte-eiland. Terug naar familie, het klimaat, en ook: bijdragen aan de ontwikkeling van het thuiseiland.

 "Vooral voor hbo-functies is het moeilijk om op Bonaire geschikte kandidaten te vinden", zegt John Soliano, directeur van de Bonaire Holding Maatschappij (BHM) - Foto: Janita Monna

Samenwerking tussen bedrijven
“Al jaren klinkt de roep om jonge, hoog opgeleide Bonairianen terug te halen naar het eiland”, zegt John Soliano, directeur van de Bonaire Holding Maatschappij (BHM). “We wilden nu niet langer wachten. Vooral voor hbo-functies is het moeilijk om op Bonaire geschikte kandidaten te vinden, zegt Soliano. Wat dus wel gebeurt, is dat bedrijven goed personeel bij elkaar weg halen. Dat lost wel het probleem van dat ene bedrijf op, maar niet van het eiland.”

 

Daarom bracht BHM, samen met Ban Boneiru Bèk en OCAN, een aantal Bonairiaanse bedrijven om de tafel. Doel van dat gesprek: het opzetten van een traineeprogramma voor pas afgestudeerden. “Twee dochterondernemingen van BHM – Telbo en Selibon –, Web, Bonaire International Airport en ziekenhuis Fundashon Mariadal, ze zijn allemaal geïnteresseerd om mee te werken aan zo’n programma. We willen pas afgestudeerden aantrekken voor twee jaar. In die twee jaar kunnen ze werkervaring opdoen. Daarnaast krijgen ze aanvullende trainingen en persoonlijke begeleiding.”

 

Balans behouden
Het terughalen van hoog opgeleide eilandskinderen – ‘iedereen die in de regio is opgegroeid en zich er verbonden mee voelt’, aldus Soliano – is goed voor de balans in de samenleving. “De verhouding tussen mensen die hier zijn opgegroeid en mensen van buiten moet in evenwicht zijn.

 

De kans dat eilandskinderen uiteindelijk blijven is bovendien groter. Dat betekent dat kennis behouden blijft, waardoor je een duurzame samenleving kunt opbouwen. Want een maatschappij waarin weinig continuïteit is in de opbouw van kennis en ervaring, tast de zelfredzaamheid aan.”

 

Ook Soliano zelf is een ‘teruggekeerde Bonairiaan’. “Ik wist toen ik voor mijn studie naar Nederland vertrok, dat ik terug wilde zodra ik klaar was. Ook ik ben ‘deeply rooted’”, zegt hij met een knipoog naar de titel van het onderzoek.

 

Van zijn oude havo-klas wonen inmiddels zeker twaalf mensen weer op Bonaire. “De band met het geboorte-eiland is sterk, dat komt ook uit het onderzoek naar voren. Als je hier bent opgegroeid, en je wilt na je middelbare school verder studeren, dan moet je noodgedwongen van het eiland. Ik denk dat ook dat meespeelt bij de drang van velen om terug te komen.”

 

Reële verwachtingen scheppen
Wel is het belangrijk dat jongeren reële verwachtingen krijgen voorgespiegeld van werken en wonen op Bonaire. “We gaan helpen met voorbereidingen, en als ze hier eenmaal op het eiland zijn, is er iemand die ze op weg helpt.”

 

Er zijn verkennende gesprekken met OCAN, het overlegorgaan Caribische Nederlanders, geweest om straks de werving en selectie voor het programma te gaan. Soliano: “Er is maar een beperkt aantal plaatsen, we willen de beste en meest gemotiveerde mensen terug.”

 

Wanneer het programma van start gaat durft hij nog niet te zeggen, maar: “Ik hoop dat voor het eind van het jaar de eerste selectie kunnen doen.”

Door: Janita Monna