kop

Ban Boneiru Bèk blijft knokken

Het is inmiddels een jaar geleden dat de stichting Ban Boneiru Bèk grote plannen heeft gelanceerd voor een traineeship gekoppeld aan de terugbetaling van de studieschuld.

Dit plan werd vorig jaar aan de studenten bekendgemaakt tij­dens de Passaat Recruitment Days, een carrièrebeurs waarbij verschillende bedrijven en orga­nisaties vanuit de Antillen en Aruba in contact kunnen komen met studenten, afgestudeerden en professionals die interesse hebben in een stage- of werkplek op een van de eilanden.

Het is helaas nog niet gelukt om dit project te starten. De stichting informeerde de stu­denten van Passaat en andere geïnteresseerde wo-studenten hierover in een brief.

Ban Boneiru Bèk heeft tot op heden het concept met vele mensen besproken. Daarbij moet gedacht worden aan de le­den van de Tweede Kamer en le­den van de commissie NAAZ. Op de ministeries in Den Haag en op Bonaire zijn onder ande­ren de rijksvertegenwoordiger, de gezaghebber en gedeputeer­den, eilandsraadsleden en enke­le ambtenaren gevraagd om hieraan mee te werken.

Volgens de stichting is echter de tijdsperiode om het project tot een concrete uitvoering te maken verkeerd ingeschat. De twaalf maanden blijken te kort te zijn geweest. „Wij denken voor­al dat er andere prioriteiten en belangen in de politiek, zowel in Nederland als op Bonaire, daar de oorzaak van zijn geweest. Wij geven niet op. Zolang er nog steeds gezegd wordt dat de eilan­den in de Cariben met een cor­rupt bestuur werken en weinig kennis van zaken hebben, blij­ven wij vechten voor het. trainee­schip, in welke vorm dan ook. Het is zelfs mogelijk dat wij deze formule gaan uitbreiden naar de Verenigde Nederlandse Ge­meenten (VGN) naast de Rijks­overheid."

De stichting verzocht de stu­denten om de website van Ban Boneiru Bèk te raadplegen als­mede twitter en facebook om op de hoogte te blijven van haar ac­tiviteiten. Stichting Ban Boneiru Bèk heeft de opdracht gekregen van het bestuurscollege van Bo­naire om Bonaireanen te stimu­leren om terug te komen naar hun geboorte-eiland. Het `incen­tive' van de vrijstelling van de studieschuld is onderdeel van een uitgebreid plan waaraan de stichting werkt. Het traineepro­gramma Caribische Nederlan­ders moet volgens de stichting de weg zijn naar een carrière met inhoud voor recent hbo- en wo-afgestudeerden. Het concept ziet er als volgt uit: een trainee doet in twee jaar tijd op verschil­lende plaatsen bij (Nederlandse) overheidsorganisaties ervaring op met het ontwikkelen van be­leid en het uitvoeren van (deel)projecten. In een combina­tie van werken en leren ontwik­kelt de trainee zich tot breed in­zetbare beleidsmedewerker. Aan het einde van het trainee­programma kan een trainee als kansrijke kandidaat instromen naar een reguliere functie.

Nederland en de eilanden zien het programma als een in­vestering in de toekomst. Het uitgangspunt is dat een trainee zich breed oriënteert, veel leert en al doende enthousiast raakt over het werken bij de overheid

op de eilanden. Daarnaast brengt hij/zij als net afgestu­deerde actuele kennis en frisse ideeën mee, waar de eilanden graag gebruik van willen maken. De trainees moeten via een spe­ciale campagne worden gewor­ven.

Het Rijk is één van de grootste werkgevers in Nederland. Bij de ministeries werken ongeveer 120.000 mensen. Een belang­rijk deel heeft een academisch werk- en denkniveau. Vele stu­dierichtingen zijn in meer of mindere mate vertegenwoor­digd. Er werken onder meer eco­nomen, bestuurskundigen, ju­risten, ingenieurs en sociale we­tenschappers. De beleidsterreinen bij het Rijk zijn zeer gevarieerd: wachtlijsten in de zorg, biotechnologie, leraren­tekort, integratie, klimaatveran­dering, infrastructuur en nog veel meer.

Ook bij gemeenten werken veel mensen en daar gebeurt ui­teraard heel veel, zij het op klei­nere schaal en meer gericht op implementatie en uitvoering van centraal beleid, met burgers en bedrijven als directe klanten. Daar komen de gevolgen van het Rijksbeleid en het gemeentelijk beleid voor de burger samen.

Het traineeprogramma duurt twee jaar. Het grootste deel van deze periode werkt een trainee bij een aantal ministeries. Binnen een ministerie werkt de trainee meestal bij twee of soms meer verschillende onderdelen. In het tweede jaar werkt hij/zij verplicht 3 tot 6 maanden ge­richt bij een ministerie of ge­meente, al naar gelang de be­hoefte van de eilanden.

Een trainee blijft dus in de re­gel niet op één bepaalde functie zitten maar vervult achtereen­volgens meerdere functies of ta­ken. Dit is ook de kern van het traineeprogramma: een brede oriëntatie op de verschillende functies bij de overheid, het le­ren zien van verbanden tussen beleidsvelden en een voorberei­ding op brede inzetbaarheid.

Overigens verschilt de invul­ling van het traineeprogramma enigszins per persoon en is me­de afhankelijk van de behoefte van de eilandorganisaties. Het werk bestaat in algemene zin, uit het verkennen en analyseren, van problematiek, het evalueren van bestaand beleid, het voeren van overleg met betrokken in­stanties, mede-overheden en be­langenorganisaties, het ontwik­kelen van beleidsvoorstellen en het begeleiden van besluitvor­ming. In de praktijk betekent dit dat je deelneemt aan project­groepen, notities schrijft, bijeen­komsten organiseert of een werkgroep leidt.

 

Antilliaans Dagblad Vrijdag 27 mei 2011