kop

Gaat er véél meer geld van arme naar rijke landen?

Geachte lezer,

Ik val meteen met de deur in huis met iets zwaars: een nieuw, indrukwekkend onderzoek van Global Financial Integrity. Door allerlei experts omschreven als het meest volledige onderzoek naar financiële stromen van en naar ontwikkelingslanden ooit.

De onderzoekers telden niet alleen ontwikkelingshulp, buitenlandse investeringen en handelsstromen bij elkaar op, maar ook bijvoorbeeld kwijtgescholden schulden. Én ze namen de grootste en minst onderzochte geldstroom ook mee: zogenoemde illicit financial flows, ofwel geld dat bedrijven via slimme belastingconstructies wegsluizen uit ontwikkelingslanden.

Hun conclusie? Er gaat véél meer geld van arme naar rijke landen, dan van rijke naar arme. Om precies te zijn: voor elke dollar aan hulp aan arme landen, vloeit er 24 dollar terug naar rijke landen. Sinds 1980 gaat het om 16,3 biljoen dollar.
Het beeld van het gulle Westen wordt door deze cijfers omgekeerd, uitgewrongen, en afgedroogd. Wat overblijft is een beeld van uitbuiting en lafheid. Antropoloog Jason Hickel schreef er een indrukwekkend betoog over in The Guardian, dat ik iedereen aanraad te lezen.

Onder mijn aanbeveling van Hickels stuk op De Correspondent ontstond een interessante discussie. Want, zo vroegen een paar leden, hoe wéten de onderzoekers nu hoeveel geld bedrijven wegsluizen via belastingontwijking? En inderdaad: er is ook veel kritiek gekomen op het onderzoek. Een artikel van Maya Forstater in The Guardian gaat keihard tegen Hickel in, en maakt gehakt van de data uit het onderzoek.

Wie heeft er gelijk? Hoe schadelijk zijn de belastingtrucjes van grote bedrijven voor ontwikkelingslanden? Ik ben van plan er later dit jaar, samen met correspondent Jesse Frederik, in te duiken. Hebben jullie tips, bronnen of vragen? Heel graag! Antwoord op deze mail.

Wat zou jij doen als je de rechter van het Internationaal Strafhof was?
Deze week was een belangrijke voor het Internationaal Strafhof in Den Haag. De eerste getuigen in de zaak tegen Dominic Ongwen werden gehoord. Ongwen is een kopstuk uit het ‘leger’ van de Oegandese rebellenleider Joseph Kony. Weet je nog, van #Kony2012? De aanklacht tegen Ongwen is dan ook te voorspellen: misdaden tegen de menselijkheid.

Maar nu het probleem van deze zaak: Ongwen is óók slachtoffer van diezelfde misdaden. Hij werd als 10-jarig jochie ontvoerd door Kony en jarenlang gehersenspoeld in de jungle.

Wat voor straf is in zo'n geval gepast? Ik schreef er een column over en ben benieuwd wat jullie denken.
Waarom Afrikaanse literatuur zo leuk is (en waar te beginnen)
Dan iets lichters. Een bekentenis.

Ik ben zo iemand die haar boekenkast op alfabet heeft staan, met aparte secties voor fictie en non-fictie. Iemand die er mateloos van kan genieten om de boekenkast opnieuw te ordenen. Nu eens op regio, dan weer op taal, en zelfs een keer op kleur (maar dat was geen succes).

Er is echter één afwijkende plank in de kast (afgezien van die met de woordenboeken) - de aparte plank gereserveerd voor Afrikaanse schrijvers.

Die plank staat vol met klassiekers als Chinua Achebe, bestsellers als Chimamanda Ngozi Adichi en debutanten als Fiston Mwanza Mujila. Het is een plank waar ik vaak van lees, en die zich steeds uitbreidt. Want Afrikaanse literatuur helpt mij bij mijn werk: het leert me meer over het continent dan ik uit krantenartikelen of op reportage te zien krijg. Het leert me de cultuur van verhalen vertellen.

Nu was ik blij verrast met een nieuwe podcast van de Volkskrant, waarin Wim Bossema, Kiza Magendane en Ama van Dantzig in gesprek gaan over hun liefde voor Afrikaanse literatuur. En waar die vandaan komt. De podcast is nog een tikje knullig gemaakt, met wisselende geluidskwaliteit hier en daar, maar ik vond het gesprek oprecht, interessant en het belangrijkste: ik kreeg zin om te lezen!

Benieuwd waar je zou moet beginnen? Onder deze notitie vind je een paar van mijn aanbevelingen op een rij.

Tot slot...
Zet in je agenda: donderdagavond 26 januari, 23:55. Televisie aan op NPO2. Dan wordt namelijk een waanzinnige documentaire uitgezonden over 'het E-team' (niet te verwarren met de A-team): een groep van Human Rights Watch, die mensenrechtenschendingen in oorlogsgebieden onderzoekt. Een uitgebreide aanbeveling schrijf ik volgende week, maar noteer de datum vast.

 

Bron: Maite Vermeulen
Correspondent Conflict & Ontwikkeling

maite@decorrespondent.nl